Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Wie zijn

wij?

Het Erasmus College is een daltonschool voor Mavo-Havo-Atheneum-Gymnasium en EMC2. De school bestaat sinds 1970 en is vanaf de oprichting een bruisende gemeenschap, waarin een brede ontwikkeling van leerlingen en medewerkers centraal staat. Het Erasmus College telt ongeveer 1650 leerlingen en 200 medewerkers in een mooi, laag gebouw met een groene campus rondom.

Onze school is een gemeenschap. Bij de stichting in 1970 is uitdrukkelijk vastgelegd dat we meer nastreven dan het voorbereiden op het succesvol doen van landelijke examens. Persoonsvorming van onze leerlingen en kwalitatief hoogwaardig onderwijs behoren tot de statutaire uitgangspunten van de school. We willen een scholengemeenschap zijn die voor medewerkers, leerlingen en ouders herkenbaar is en blijft voor opeenvolgende generaties. Een daltonschool, die meer biedt dan het maatschappelijk zo belangrijke diploma. Een school waar je met plezier aan terugdenkt als een van de belangrijkste periodes in je leven. 

Het Erasmus College is een school waar leren samengaat met plezier hebben. Brede vorming als mens en betrokkenheid bij de school wordt gestimuleerd door alle extra activiteiten en de vele commissies op school. Op het Erasmus College staat het optimaal ondersteunen van hoe te leren, de wil om te leren en aandacht voor de persoonlijke ontwikkeling als mens, centraal. Je leert over het leven en voor het leven. Leerlingen voelen zich gevolgd en gezien, gestut, ondersteund en gestimuleerd in hun eigen leren en bij de ontwikkeling van hun specifieke talenten. Voor iedere leerling is daarom ons daltononderwijs geschikt. Leren en je ontwikkelen doe je niet alleen, dat doe je vooral samen met professionals binnen school die grote vakkennis hebben en experts in leren zijn.

Wij gebruiken het gedachtegoed van Helen Parkhurst – beter bekend als de daltonwerkwijze – als grondslag voor ons onderwijs. De samenwerkingsgedachte (geen apart openbaar of confessioneel onderwijs, maar algemeen bijzonder onderwijs, waarin eenieder tot zijn eigen levensbeschouwelijke opvattingen komt) is de basisgedachte voor het na te streven ideaal, waarin de deelnemers aan onze scholengemeenschap vanuit hun eigen achtergrond én ontwikkeling respectvol met elkaar omgaan en samenwerken.

De samenwerkingsgedachte en het gedachtegoed van Helen Parkhurst komen voort uit een mens- en maatschappijbeeld, waarin ‘ontwikkeling’ (individueel én collectief) binnen onze democratische samenleving de opdracht is. Dat vereist handelingsvrijheid van de burgers. Die vrijheid wordt beperkt door de handelingsvrijheid van medeburgers, bij voorkeur door vrijwillig gekozen verantwoordelijk gedrag, in het besef dat samen leven, samen werken en samen spelen nu eenmaal beperkingen stelt aan de individuele vrijheden. Er zullen dus altijd keuzes gemaakt moeten worden. Er zullen dus altijd spelregels moeten gelden. Niet vanwege de regels, maar vanwege het gemeenschappelijke besef dat we afspraken nodig hebben om de gemeenschap leefbaar te houden. Dat vereist inzicht en begrip voor de oorsprong daarvan, zelfstandige oordeelsvorming, en ruimte om open te blijven staan voor nieuwe ontwikkelingen, nieuwe inzichten en nieuwe initiatieven, met respect voor wederzijdse verschillen in opvatting. Een thema dat actueler is dan ooit.

Tegen deze achtergrond van humanistisch georiënteerde (Erasmiaanse) idealen, is de basis van ons onderwijs een pedagogische benadering. Helen Parkhurst verwoordde desgevraagd ooit haar opvattingen over het onderwijs met “Dalton is no method, no system, but an influence, a way of life”.

Zij zocht haar gehele leven naar onderwijsactiviteiten en -vormen waarin kinderen onder leiding van bekwame en gepassioneerde leerkrachten zich konden ontwikkelen tot ‘mensen zonder vrees’: initiatiefrijk, nieuwsgierig, zelfstandig, samenwerkend, verantwoordelijk, ondernemend, sociaal en creatief. Vanuit die ambitie heeft het Erasmus College er ook voor gekozen om een zeer breed aanbod van extra-curriculaire activiteiten te ontwikkelen, omdat daarmee deze ontwikkeling sterk wordt gestimuleerd.

Zij had geen voorgeschreven methodiek of didactiek hoe dit ideaal het beste gerealiseerd kon worden. Kernbegrippen in haar denken over onderwijs zijn (leren omgaan met handelings-) ‘vrijheid, (de daarvoor benodigde te ontwikkelen) ‘zelfstandigheid’ en (de noodzaak tot) ‘samenwerking’ en ‘respectvol samen leven’. Zij streeft een school na die als een ‘social community’ functioneert, ter voorbereiding op de pluriforme en complexe democratische samenleving waarin kinderen opgroeien.

Helen Parkhurst was dus niet gericht op gepersonaliseerd leren in de betekenis van volkomen individuele leerwegen, wel op rekening houden met en inspelen op individuele (talent-) verschillen tussen kinderen in de groep. Differentiatie in (aanbod van) opdrachten en activiteiten, differentiatie in de manier van benaderen, rekening houden met verschillen, vanuit een positieve grondhouding ten opzichte van ‘het kind’, is kenmerkend voor haar onderwijsgedachtegoed.

Een school zoals het Erasmus College zal dus altijd op zoektocht zijn naar de beste vormen, de beste manieren om dit ideaal gestalte te geven. Wij zien in de praktijk dat het daltononderwijs behoorlijk afwijkt van de (kern-) idealen van Helen Parkhurst, vrijheid en samenwerken. Leerlingen werken maar beperkt samen met elkaar en door elkaar (alle niveaus en leeftijden), de vrijheid is beperkt door taken en afvinken en jaarlagen, klassen en lessen. Vormen, afspraken, regels, aanbod zijn altijd bedoeld (uiteraard binnen de wettelijke kaders, want die zijn ‘een gegeven’…) om de idealen verder te ontwikkelen, maar blijven altijd in ontwikkeling omdat de waarden die eraan ten grondslag liggen eeuwigdurend zijn en onze zoektocht naar het ideaal nooit ophoudt. Voor meer informatie over daltononderwijs kunt u terecht op de website van de Nederlandse Dalton Vereniging. [www.dalton.nl]

In de huidige vorm geeft het daltononderwijs aandacht aan vijf kernwaardes: vrijheid in gebondenheid, zelfstandigheid, samenwerken, reflectie en effectiviteit. Op het Erasmus College waakt de daltoncommissie over de kwaliteit van het daltononderwijs. Zij verzorgen studiedagen voor docenten, overleggen met de leerlingenraad en de schoolleiding en spelen een actieve rol in de landelijke daltonvereniging. Nieuwe medewerkers worden door gecertificeerde opleiders geschoold op het gebied van daltononderwijs. Daarmee vraagt daltononderwijs ook voor medewerkers een actieve en ontwikkelingsgerichte houding. Hier [link] vindt u de praktijk van het daltononderwijs op het Erasmus College.

Dalton is de basis van ons onderwijs. Eens in de vijf jaar ontwikkelen we een schoolplan met speerpunten voor ons onderwijs. In het schoolplan van de afgelopen jaren hebben we ons gebaseerd op de motivatietheorie van Ryan en Deci. We weten dat vrijheid (autonomie, zelf eigenaar kunnen zijn van het leren en zelf keuzes kunnen maken), samenwerken (goede relatie met docenten, medeleerlingen en ouders) en competentie (aansluiten bij talenten van leerlingen en hun niveau) de intrinsieke motivatie activeren om te willen leren. In ons onderwijs richten wij ons daarom ook op het aanboren van de motivatie van leerlingen. Dat komt tot uitdrukking door de drie speerpunten van ons schoolplan: aandacht voor hoe te leren, aandacht voor de wil om te leren en aandacht voor de persoonlijke ontwikkeling. In de schoolgids [link] is te lezen hoe al onze waarden vertaald zijn naar de praktijk van elke dag.

 

Lorem ipsum, or lipsum as it is sometimes known, is dummy text used in laying out print, graphic or web designs. The passage is attributed to an unknown typesetter in the 15th century who is thought to have scrambled parts of Cicero’s De Finibus Bonorum et Malorum for use in a type specimen book. It usually begins with:

“Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit, sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua.”
The purpose of lorem ipsum is to create a natural looking block of text (sentence, paragraph, page, etc.) that doesn’t distract from the layout. A practice not without controversy, laying out pages with meaningless filler text can be very useful when the focus is meant to be on design, not content.

The passage experienced a surge in popularity during the 1960s when Letraset used it on their dry-transfer sheets, and again during the 90s as desktop publishers bundled the text with their software. Today it’s seen all around the web; on templates, websites, and stock designs. Use our generator to get your own, or read on for the authoritative history of lorem ipsum.

LOG IN